Zomerhuizenterrein Duinkersoord
100 jaar
Nanning Willem Duinker
Duinkersoord dankt zijn naam aan de initiator van het toerisme op Vlieland: Nanning Willem Duinker. De in 1864 op Texel geboren Duinker was schipper, steenkoolhandelaar en scheepsmakelaar. Hij heeft met zijn creatieve geest en tomeloze ondernemerschap aan de basis gestaan van het toerisme op Vlieland. In 1895 is Duinker – getrouwd met een Vlielandse onderwijzeres – samen met enkele Vlielanders betrokken bij de oprichting van ‘NV Zeebad Vlieland’ die een badpaviljoen bouwt met badgelegenheid aan het strand, op de plaats waar nu strandhotel Seeduyn staat. Doel was om toeristen naar Vlieland te trekken zodat de Vlielandse middenstand hier direct en indirect van zou profiteren. In 1905 is Duinker ook de grote stimulator achter de oprichting van de VVV Vlieland onder de naam ‘Vlielands Belang’.
In 1920 richt Duinker de ‘NV Exploitatie Maatschappij Noordzeebad Vlieland’ op die alle aandelen van ‘NV Zeebad Vlieland’ overneemt. Als nieuwe eigenaar investeert Duinker in het opknappen van het badpaviljoen en later in de uitbreiding tot strandhotel.
Duinkersoord toen
Op 2 juni 1922 neemt Duinker’s Exploitatiemaatschappij voor een periode van 75 jaar ca. 25 ha duin van de Staat in erfpacht: het huidige Duinkersoord. Doelstelling is de exploitatie en uitbreiding van de badplaats en de stichting van zomerverblijven. Duinker geeft percelen van het Duinkersoord terrein in ondererfpacht uit waarop eigenaren een huisje mogen bouwen. Het duurt even voordat Duinker mensen enthousiast krijgt voor dit idee. De eerste huisjes worden in 1929 gebouwd. Dit zijn de door Jan Timmer ontworpen en gebouwde ‘koepeltjes’ Open Zon en Zonrondom, een jaar later gevolgd door Sonnevanck (deze eerste drie huisjes staan er nog steeds).
In 1935 staan er al zo’n 40 huisjes op Duinkersoord, met name gerealiseerd door enkele bouwpioniers uit Harlingen: Anema & Westerhuis, Age de Bock, Fa. Krijtenburg, Posthuma Tigchelaar. Deze bouwpioniers moesten na afronding van de bouw van de Afsluitdijk (1927-1932) iets anders bedenken om hun; medewerkers aan het werk te houden. Men verwachtte een positieve ontwikkeling van het toerisme, Vlieland was vanuit Harlingen goed bereikbaar en met Duinker deed zich de mogelijkheid voor om te kunnen bouwen.
Voorzieningen
Lange tijd hebben de huisjes op Duinkersoord geen waterleiding, geen elektriciteit, geen gas en geen riolering. En ook geen gemeentereiniging die het huisvuil ophaalt. Het huisvuil wordt ergens op het terrein in een kuil gedeponeerd en af en toe in brand gestoken. Water wordt met een waterpomp omhoog gepompt, dikwijls naar een tank op zolder. Voor de verwarming worden eerst allesbranders gebruikt, later gevolgd door oliekachels. Gekookt wordt op petroleumstellen en ook de verlichting draait op petroleum. Later komen de Butagas flessen.
In de jaren 60 wordt het comfortabeler. In 1960 wordt Duinkersoord aangesloten op de drinkwaterleiding en in 1965 komen er ook elektriciteitsaansluitingen. In 1971 wordt het zomerhuizenterrein aangesloten op de gemeentelijke afvaldienst. In 1986 worden aardgasleidingen aangelegd in combinatie met de aanleg van kabel-TV. En in 1995 tenslotte wordt het zomerhuizenterrein aangesloten op de gemeentelijke riolering en komt er een einde aan het legen van beerputten en septic tanks.
Verhuur
Na de oorlog bedenkt een van de huiseigenaren op Duinkersoord dat hij meer huisjes wil, om te gaan verhuren. Vanaf 1950 tot midden jaren 60 bouwt en koopt ondernemer Jan van der Schoot huisjes specifiek voor de verhuur. Uiteindelijk heeft hij 22 huisjes. Hij sluit een huurcontract af met de voorlopers van het huidige Aegon die de huisjes beschikbaar stellen voor hun werknemers. De nazaten van Jan van der Schoot hebben zijn bedrijf later uitgebouwd tot het huidige ‘Bungalowverhuur Zevenster’.
In 1955 overlijdt Nanning Willem Duinker op 91-jarige leeftijd. Hij wordt op Vlieland begraven. In 1967 verkoopt de Exploitatiemaatschappij van de familie Duinker het houten deel van het strandhotel aan de heer A.J.D. Beekman, sinds 1950 pachter en inmiddels ook al eigenaar van een nieuwe stenen vleugel die aan het strandhotel is aangebouwd. In 1978 verkoopt de familie Duinker de aandelen van de Exploitatiemaatschappij aan de nieuw opgerichte ‘Vereniging van Huiseigenaren Noordzeeduinen Vlieland’.
Veel van de oorspronkelijke huisjes zijn in de loop der jaren vervangen door nieuwe huizen. Maar er zijn ook nog enkele authentieke huisjes te vinden.
Er wordt door de huiseigenaren een wegenfonds ingesteld waardoor het zanderige en nauwelijks begaanbare wegennet op Duinkersoord gewijzigd wordt in begaanbare schelpenpaden. In 1996 – aan het einde van Duinker’s 75-jarige erfpachtcontract – wordt de Exploitatiemaatschappij ontbonden en wordt de onderneming voortgezet door de Stichting Beheer Erfpacht Duinkersoord die met Staatsbosbeheer een nieuw erfpachtcontract sluit.
Duinkersoord nu
Op Duinkersoord staan nu 170 huisjes, waaronder 25 op het terrein ‘De Kaap’ in de duinpan aan de voet van Kaap Bol. Hier werden sinds de jaren 50 in het kampeerseizoen tenthuisjes geplaatst. In 1981 besluit de Gemeente Vlieland dat dit voortaan permanente huisjes mogen worden. Het aantal huisjes op
Duinkersoord is al decennia door de Gemeente Vlieland gemaximeerd om de kwaliteit en het bijzondere karakter van het zomerhuizenterrein te behouden. Omdat Duinkersoord ‘vol’ was besluit de Vlielandse gemeenteraad in 1957 om op het terrein ten westen van Duinkersoord zomerwoningen te bouwen.
In 1963 wordt gestart met de bouw van de eerste huisjes. Omdat de minister van Landbouw bezwaar had gemaakt tegen bebouwing die relatief veel terrein vergt, was een compromis bereikt: 24 (uiteindelijk 25) zomerhuisjes voor particulieren zouden op de gebruikelijke wijze worden gebouwd (Vliepark), het overige gedeelte (Ankerplaats, vernoemd naar de toenmalige burgemeester Adriaan Anker) moest intensief bebouwd worden met 40 eenvoudige bungalows, geschikt voor ‘sociaal toerisme’. De ‘Stichting Recreatiebelangen Vlieland’ (SRV) – de beheerder van kampeerterrein Stortemelk – ging de huisjes bouwen en exploiteren. In 1998 besluit de SRV om de huisjes te verkopen aan particulieren om zo geld vrij te maken voor een kwalitatieve verbetering van Stortemelk.
Inmiddels zijn de huisjes al lang geen ‘zomerwoningen’ meer en worden nagenoeg alle huisjes het hele jaar door gebruikt door eigenaren en huurders/gasten. Veel van de oorspronkelijke huisjes zijn in de loop der jaren vervangen door nieuwe huizen. Maar er zijn ook nog steeds enkele authentieke huisjes te vinden.
Voor wie meer wil weten over de geschiedenis van Duinkersoord, De Kaap, Vliepark en Ankerplaats en over de geschiedenis van de individuele huisjes: 2 juni 2022 verschijnt een volledig nieuw en uitgebreid naslagwerk met de geschiedenis van alle duinhuisjes op Vlieland van Noor Kruys- Harkema & Pieter van de Vliet.